Bron: Clubblad 1998 nr41
Kleine motoren heel groot motorfietsen Saxonette kleine motoren 1930-1
MAICO: In het jaar 1926 begon Ulrich Maisch met een bedrijf in Poltringen, een fietsfabriek waarvan de produkten onder de naam "Maico" beroemd werden en tot in de 80er jaren Schwäbische kwaliteit en zorgvuldigheid vertegenwoordigen. Niet alleen met de produktie van fietsen hield Maisch zich bezig echter ook met het fabriceren van toebehoren voor motorfietsen en hij verkocht naaimachines en telefoon apparaten. Nadat zijn twee zonen begin dertiger jaren het bedrijf overnamen begon Maico ook met de bouw van gemotoriseerde tweewielers.
In 1934 presenteerde men het model Maico 100, een pittig motorfietsje met een modern doorlopend dubbelframe en een 98cc Sachs kickstartermotor. Voor een goed rijcomfort zorgde een trapezium voorvork en een aangenaam zadel. Nog in 1935 kreeg het maico motorfietsje een tijger-veervoorvork uit geperst staal en een bagagedrager die ook de montage van een passagierszadel toeliet. Ten opzichte van de kwaliteit van het frame heette het in de folder "Het frame is bij Maico geheel dubbel, als twee frame's naast elkaar". De sterk belastte delen van het dubbelframe zijn door ingeschoven kleinere buizen versterkt. De versterkingsbuizen lopen aan het eind uit zodat de druk elastisch overgaat en breuk voorkomen word.
Maico bouwde dit model als de MP 100 "Fanal" met de 98 cc kickstarter motor van Sachs en vanaf 1937 ook als MP 120 "Juwel" met een 118cc kickstartermotor van ILO. In de uitvoering F 100 "Picolo" later "Derby" moest men met trappers starten. Als nuttig accessoir prees Maico een transport korf (56x51x50cm) aan, waarvoor er een draagframe verkrijgbaar was. Voor een grotere koffer kon men een draagframe monteren aan het bagagerek van de motor, doch de rijeigenschappen zullen hieronder erg geleden hebben. Vanaf 1938 werd er ook een "Saxonette en de MP F60 "Wiesel" met de ILO motor F60 aangeboden. Maico lakte zijn motoren gewoonlijk zilvergrijs met een gebiesde tank, maar zoals alle toenmalige motorproducenten leverde men ook zwart gelakte motoren.
Na de tweede wereld oorlog ontwikkelde Maico zich als een van de toonaangevende ondernemingen in de tweewieler industrie. In 1948 begon de Maico voertuig fabriek GMBH in Pfaffingen, waar men een nieuwe fabriek startte, weer met de fabricage van motoren. Hier werden echter tot 1950 niet meer dan 672 voertuigen van het type F 100 gebouwd. Intussen had Maico motoren met een eigen constructie ontwikkeld, en ze verwierven de volgende jaren een goede naam hiermee.
Toen de motoren handel in Duitsland grote verliezen leed, kon Maico zich door middel van opdrachten van het Duitse leger en de goede naam in de motorcross wereld tot 1986 als motorenfabrikant blijven handhaven, daarna was het ook afgelopen voor dit traditierijke merk
Uit het Duits vertaald uit Kleine Maschinen - Ganz Gross van Johann Kleine Vennekate
verkrijgbaar bij het Schrader Verlag ME.